Al door het zeggen van het woord
Deelt men, scheidt men en schendt
Het al omvattende, dat men niet kent,
Dat ik aanwezig weet, of alleen maar vermoed,
Dat ik niet uitspreken kan en toch uitspreken moet,
Dat mij beheerst, dat mij gehoorzaamheid gebiedt,
En als ik zoek en luister, dan vind ik het niet.
Een troost blijft:
Er is in ieder woord een woord,
Dat tot het onuitsprekelijke behoort;
Er is in ieder deel een deel
Van het ondeelbare geheel,
Gelijk in elke kus, hoe kort,
Het hele leven meegegeven wordt.
Deelt men, scheidt men en schendt
Het al omvattende, dat men niet kent,
Dat ik aanwezig weet, of alleen maar vermoed,
Dat ik niet uitspreken kan en toch uitspreken moet,
Dat mij beheerst, dat mij gehoorzaamheid gebiedt,
En als ik zoek en luister, dan vind ik het niet.
Een troost blijft:
Er is in ieder woord een woord,
Dat tot het onuitsprekelijke behoort;
Er is in ieder deel een deel
Van het ondeelbare geheel,
Gelijk in elke kus, hoe kort,
Het hele leven meegegeven wordt.
Abel Herzberg
Geen opmerkingen:
Een reactie posten